dinsdag 14 juni 2016



De ouderdom als inwijdingsweg



Het is tien over vier en ik ben moe…moe van de gesprekken, die deur na deur gaan over eenzaamheid. Ik ben moe van het gejammer over het  falen van de zorg als gevolg van bezuinigingen. Ik ben moe van  de klachten over het eten of over kinderen die niet genoeg komen. Ik ben moe van de geur van verzadigde incontinentie luiers. Ik ben moe van mijzelf; van het empathisch knikken en de repeterende antwoorden: “Ik begrijp het” of “Ik kan het mij voorstellen dat u zich zo voelt…”  Ik vraag met af of ik  het vandaag maar niet voor gezien moet houden omdat  mijn energie ongemerkt is weggesijpeld. Ik heb mijzelf niet zoveel meer te bieden laat staan dat ik nog beschikbaar kan zijn voor anderen.
Ik sta in de lift en heb de nul al ingedrukt, maar dan denk ik aan die man waarvan ik heb gehoord dat hij onder de middag  uit zijn dak is gegaan omdat het onafgebroken geroep van een medebewoner hem  te veel werd.  Misschien is hij van streek en kan ik toch nog iets voor hem betekenen? Beneden druk ik opnieuw op “drie” waarop de lift weer naar boven zoeft. 
Na mijn klop en zijn bevestigend “Ja!” open ik zijn deur.   Op de drempel  vraag ik of het gelegen komt. “Heerlijk!” zegt hij en klapt vergenoegd in zijn handen.
“Hoe gaat het?”  Hij knikt met een glimlach waarop hij mij met een boek tegemoet zwaait. “Dit boek is geweldig!… Ik heb het al drie keer gelezen, maar ja, mijn verstand gaat achteruit dus ik lees het nu weer als nieuw.
Onwillekeurig pak ik het boek van hem aan.  Voor een tijd een plaats van God  van de theoloog en ethicus Harry Kuitert. Dan aarzel ik  een moment. “Kijk maar gerust hoor!”  
Ik lees snel de achterflap en wat blijft hangen is de opvatting dat God in feite een product is van de menselijke verbeelding. 
“Bent u als voormalig pastoor dan niet teleurgesteld?"
"Nee, waarom zou ik?"
"De God waarvan u zo lang getuigenis hebt afgelegd, is in feite door de mens  gebaard? Het komt er dan op neer dat wij geen schepping van God zijn  maar dat wij hem  hebben geschapen naar ons beeld en gelijkenis? “
“Kuitert zegt dat we in religieuze zin volwassen moeten worden. Deze geconstrueerde God moeten we voorbij anders komen we op den duur bedrogen uit. Kuitert geeft woorden aan gedachten die, naarmate ik ouder wordt, ook in mij zijn gerijpt."
Ik meen te begrijpen waar hij naar toe wil. “De God van de religieus volwassenen  is een onzegbare God, een God die voorbij de woorden, voorbij de  beelden verblijf houd…De God waar de mystici over spreken….?"
Een moment houd hij zich nadenkend stil waarop hij  bevestigend knikt.
Ik voel hoe de energie mijn lijf en leden weer vult. 
Met een puntige vinger wijst hij naar een stoel. “Gooi die kleren er maar af…gezellig!”      Ik trek de stoel bij het bed. Verwachtingsvol kijkt hij mij aan.
“Ik heb wel eens gedacht dat de God waar de mystici over spreken slechts in de stilte woont.?” Zijn reactie blijft uit.
“Hoe zie je mij?” vraagt hij na een stilte die misschien wel een minuut heeft geduurd.
“Ja gut, als een man op leeftijd…een wijze man op leeftijd!”   
Zijn ogen sprankelen ondeugend.  
“Vleiend... Je zegt het netjes… ik ben een oude man, een stokoude man… 96 jaar, stokoud van lijf en leden, en zelfs mijn geest is tanende. Je mag me wijs noemen maar ik heb ze echt niet altijd meer op een rijtje… ik vergeet veel.”   
Ik moet hem gelijk geven. Vooral het laatste jaar wordt hij steeds vergeetachtiger. En soms is hij ook  in de war zoals die keer dat hij  niet meer wist hoe hij  de weg naar zijn kamer kon vinden. Hij vertelde me toen dat hij onrustig wordt van al die oude mensen, die maar roepen en schreeuwen. "Daarom blijf ik maar liever op mijn kamer!"
 Misschien heeft zijn uitbarsting van vanmiddag  daar ook meet  te maken. Ik vraag er niet meer naar, hij lijkt het nu vergeten te zijn. 

“Wat vindt je van de ouderdom?” Zijn ogen staan nog steeds vrolijk. 
“Ik zal eerlijk zijn… sinds ik in het verpleeghuiswerk ben ik somberder gestemd over de ouderdom.  Wat je allemaal niet moet prijs geven met daarbij het stilzwijgende lijden omdat onze samenleving te snel gaat en te druk is om lang stil te staan bij het lot van ouderen maakt me bang en droef. Natuurlijk ben ik ook bezorgd over mijn eigen ouderdom. Over twintig jaar ben ik tachtig!” Ik zie ho hij glimlacht.
“Oh ja, je moet veel prijs geven als  je oud wordt. Meer nog, denk ik, dan dat je je nu kunt voorstellen.  Maar dat is ook een zegen. ..”
Zijn blik is nu  met volle aandacht gericht op zijn handen waarbij hij een paar maal zijn vingers krachtig spreid en dan weer sluit.
“Je sprak net over de stilte….De ouderdom is ten diepste  een inwijdingsweg die je op een dwingende manier steeds meer laat bepalen tot die stilte... en dat is een zegen! Je kunt je daar nu misschien weinig bij voorstellen?
Generatie genoten gaan dood, in een tehuis als hier zijn er steeds minder medebewoners waarmee je een zinnig gesprek kunt voeren, de verpleging heeft het te druk en de telefoon blijft vaker zwijgen, trouwens telefoongesprekken kan ik niet voeren omdat ik de helft niet meer kan verstaan. En op die spaarzame familiefeestjes waar ik nog kom verdwijn ik ook in de marge van het feestgedruis omdat velen niet het geduld op kunnen brengen om naar een hardhorende oude man te luisteren.  Ik kan niet zelfstandig naar buiten dus ja ik ben aangewezen op dit hokje met een fractie van mijn inboedel die ik ooit bezat.  Ik heb veel ruimte  om de stilte toe te laten."
“De stilte om de God van de mystici te ontmoeten?” Vraag ik overijverig enthousiast.
“Nee, nee, zover ben ik nog niet…misschien pas als ik mijn laatste adem uitblaas…."
Het klinkt bevrijdend zoals hij het zegt maar ergens bekruipt me ook de angst alsof de stilte verpletterend is. Tien dagen een stilteretraite is nog uit te houden in de wetenschap dat ik daarna weer in volle glorie het leven kwetterend tegemoet mag treden waarbij ik weer bevestigd kan worden door het leven. Ik zeg hem dat. Begrijpend knikt hij naar mij.
“Aanwezig zijn in de stilte is èèn, maar de moed hebben om er nèt iets langer in te verblijven dan je denkt aan te kunnen brengt je bij de deur van het mysterie. De bevestiging die de wereld je geeft is trouwens  relatief."  
Ik knik omdat ik dat ook de laatste jaren heb ontdekt.
" De stilte is zwanger van de genade….de stilte brengt zoveel rust… zoveel liefde juist voor dat wat is en ook voor dat wat is geweest.  De ouderdom nodigt je uit tot die stilte waardoor je transparanter wordt en zoals ik het intuïtief  voel  is dat helpend  om op een vloeiende manier, zonder doodsstrijd,   het stoffelijke te verwisselen voor het eeuwige. “


Geen opmerkingen:

Een reactie posten